Ester
Een feest vol genade
Ester 9,20-22
Serie:
God is de Auteur | Ester
Almkerk-Werkendam
zondag 9 oktober 2022
Blijdschap na verdriet. Dat is precies wat we hebben gelezen dat er daar in Perzië gebeurt. De Joden vieren feest nadat hun executie boven het hoofd hing. Maar rouw verandert in feest, want precies op tijd komt er een ommekeer. Dus er is wat te vieren! Wat doen wij eigenlijk als we wat te vieren hebben? Je geeft een feestje met lekker eten en lekker drinken. Misschien kook je uitgebreid voor een select gezelschap. Of je laat iemand anders heerlijk eten bereiden. En natuurlijk: bij een feestje horen cadeaus.
We hebben wat te vieren! Net als de Joden daar ergens in de vijfde á vierde eeuw voor Christus. De joden vieren nog altijd het Lotenfeest, het Poerimfeest, op 7 en 8 maart. Het feest van Gods bescherming van Zijn volk. Een feest om te vieren dat God Zijn verbondsbeloften houdt. Dit negende hoofdstuk neemt ons bij de hand en leert je: Als je zo viert, dan is het écht feest! Het is een feest vol genade.
EEN FEEST VOL GENADE
[DIA 4]
We staan stil bij Ester 9:20-22:
“[20] Mordechai stelde al deze gebeurtenissen op schrift en hij stuurde brieven naar de Joden in alle provincies van koning Ahasveros, of ze nu dichtbij woonden of ver weg. [21] Daarin verplichtte hij hen ertoe om elk jaar opnieuw zowel de veertiende als de vijftiende dag van de maand adar te vieren, [22] omdat dit de dagen waren waarop de Joden rust gekregen hadden en niet meer door hun vijanden werden bedreigd, en omdat dit de maand was waarin voor hen droefheid was veranderd in vreugde en rouw was veranderd in feest. Ze moesten er dagen van feestmalen en feestvreugde van maken, dagen waarop ze elkaar lekkernijen stuurden en geschenken gaven aan de armen.”
[DIA 5]
Bij het hedendaagse Poerim zoals de Joden dat nu vieren, gaat het er erg feestelijk aan toe. Het volksfeest heeft wat weg van ons carnaval. Maar tijdens het feest wordt in de synagoge uit de boekrol van Ester voorgelezen. De kinderen joelen of maken lawaai met een ratel als de naam van Haman wordt genoemd. En bovendien: er wordt echt lekker gegeten én gedronken. De hele dag de keuken in om allemaal lekkers te bereiden.
[DIA 6]
Bijvoorbeeld hamansoren. En het feest duurt tot ’s nachts. Mensen verkleden zich als Mordechai of Ester en gaan er gemaskerd op uit. Er worden gerechtjes uitgewisseld en uitgedeeld aan de armen. Het feest is in de jaren dat het wordt gevierd sterk veranderd.
Alleen in al de 2500 jaar dat het Poerimfeest al wordt gevierd, draait het nog altijd om dezelfde kern. De kern die in Ester 9:20-22 wordt verwoord. Het draait om rust, cadeaus & lekkernijen en samen.
[DIA 7]
#1. Rust
#2. Cadeaus & lekkernijen
#3. Samen
[DIA 8]
#1. Rust
De Joden hebben rust gekregen van hun vijanden. Maar hoe zit het dan met die Perzen, en de zonen van Haman? Het kan best zijn dat je moeite hebt met het bloed dat in dit verhaal vloeit. Want tegenwoordig zijn we toch wel minder gewelddadig als mensheid…?
Nou, allereerst twee opmerkingen over onze samenleving.
[DIA 9]
Wij als 21eeeuwse westerlingen hebben botgezegd wat ‘lange tenen’. We hebben moeite met het geweld waar we mee geconfronteerd worden, maar kijken massaal naar actiefilms en thrillers. We spelen het na, in videogames en dergelijke. Gespeeld geweld is vermakelijk, maar o wee als het in het echt gebeurt. Dat is wel wat gemakkelijk…
[DIA 10]
Daarnaast: wij leven in een samenleving waar we als burgers het geweld als het ware hebben ‘uitbesteed’ aan leger en politie. Wij hoeven geen geweld te gebruiken, simpelweg omdat anderen dat voor ons doen.
[DIA 11 – ZWART]
Maar terug naar dat verhaal van Ester: je moet daar de Joden niet als de slechteriken afschilderen. De Joden hadden daar geen vrijbrief voor geweld gekregen. Ze hadden het recht gekregen om zich te verdedigen. Ja, het staat triomfalistisch beschreven hoe de Joden hun vijanden overwonnen:
[DIA 12]
De Joden sloegen met het zwaard op al hun vijanden in en zaaiden dood en verderf…
Ester 9,5 (NBV)
Maar zet dat eens af tegen de achtergrond van het verhaal. Door de totale ommekeer in hun lot en de ironie in het hele verhaal, is de opgetogenheid wel te begrijpen… Bovendien kun je je ook afvragen: welke haat brengt de Perzen er alsnog toe om de Joden aan te vallen? Het was toch wel duidelijk dat ze zich behoorlijk konden verdedigen?
[DIA 13]
Maar de Joden vinden rust van hun vijanden. Het is die rust die gevierd wordt. Niet de overwinning, niet de nederlaag die de vijanden is toegebracht. Maar de rust na de maanden van angst voor uitroeiing. Het is overigens die rust die het Joodse volk zo’n 80 jaar geleden ook zochten in dat boek Ester, toen de Holocaust plaatsvond. Juist in die zwarte bladzijde van de Joodse geschiedenis zochten ze de rust in het geloof: God houdt woord. God beschermt zijn volk.
[DIA 14 – ZWART]
Dat Bijbelboek waar God ver weg kan lijken. Zijn naam wordt niet genoemd, maar Zijn handschrift is in Ester duidelijk te herkennen! Ook in onze tijd kan God ver weg lijken. Maar wie vertrouwt op wat God in Jezus heeft gedaan, die kan ook nu Gods handschrift herkennen! Ja, de overwinning en de totale bevrijding liggen voor ons verder uit elkaar. Maar vergis je niet: de overwinning is behaald! De rust van onze vijand is er nu al! Jezus Christus heeft aan het kruis de wereld, satan, ja zelfs onze zwakke natuur overwonnen. De zonde is vergeven, de macht van dood en zonde gebroken. Gods Geest vormt ons dag na dag tot de mens die jij moet worden. In onze Here Jezus zijn we Gods kinderen. De kinderen die Hij ziet, de kinderen waarvan Hij geniet, de kinderen die Hij liefheeft en voor wie Hij Zijn Zoon heeft gegeven!
[DIA 15]
Het geloof dat het goed zit tussen God en ons, dat geeft de rust om een feest te vieren. Dat feest vieren de Joden dus op 7 en 8 maart. Maar voor ons zou het toepasselijk zijn om Goede Vrijdag en Pasen zo te vieren. Pasen laat bij uitstek zien: God geeft rust.
Als door die rust de blijdschap van ‘het gered zijn’ wordt aangewakkerd, dan mag je daar ook van uitdelen.
[DIA 16]
#2. Cadeaus & lekkernijen
Ik zei het net al: als wij iets te vieren hebben, dan zijn wij meestal de mensen die een cadeau krijgen. Dat is onze cultuur, zo zijn we dat gewend. Grote kans dat je daar nooit verder over na hebt gedacht. Want wie dat wel doet, die komt erachter wat een vreemd gebruik het eigenlijk is.
[DIA 17]
Het is namelijk een soort transactionele dans, als je het analyseert. Een soort doorgeefrondje. ‘Ik geef jou iets can €10,-. Jij geeft Sjakie iets van €10,-. Sjakie geeft mij weer iets van €10,-.’ Eigenlijk heb ik dan gewoon mijn eigen €10,- gewoon terug, toch? Mijn punt is: het is een gesloten systeem: dezelfde €10,- blijft in omloop binnen één groep – misschien min of plus een paar euro. Het is een doorgeefrondje…
[DIA 18]
Maar opvallend: De Joden vieren feest en geven juist cadeaus en lekkernijen weg. Dat lijkt een detail, waar je misschien snel voorbij leest. Een leuk gebruik, meer niet. Alleen besef je: het heeft grote gevolgen! Want door zelf cadeaus weg te geven als je iets viert, doorbreek je het gesloten doorgeefrondje! Het gaat dan niet meer om hetzelfde teruggeven aan een persoon die jou iets heeft gegeven. Het gaat ineens om iets geven aan iemand die misschien niets kán teruggeven. Tenminste: niet iets waar jij behoefte aan hebt. Maar zo iemand kan vervolgens wel zo geraakt zijn, dat hij of zij toch weer een ander iets doorgeeft. Zo ontstaat een kettingreactie, die steeds groter wordt.
[DIA 19]
Stel je de potentie daarvan eens voor! Bijvoorbeeld: dit jaar stijgen de energiekoster sterk voor mensen met een variabel contract. Wie een vast contract heeft krijgt misschien nog geld terug. Stel je voor wat je zou kunnen doen als je die teruggaaf van de energie door zou geven aan iemand die het nodig heeft?
Of wat als je op je verjaardag juist cadeaus weggeeft in plaats van in ontvangst neemt. Ik denk dat mensen graag op je verjaardag komen…
Goed, het is maar een gedachtenexperiment. Maar zou het niet passend zijn om zó met elkaar de christelijke feestdagen te vieren? Als een feest waarbij we geschenken meenemen naar de kerk en uitdelen en doorgeven. Want dat is toch precies wat God voor ons heeft gedaan?!
[DIA 20]
Het is in ieder geval hoe de Joden hun feest vieren. Ze nemen niet in de eerste plaats cadeaus en lekkernijen in ontvangst, maar geven ze juist weg. Zo is het voor iedereen een feest. Een feest voor samen.
[DIA 21]
#3. Samen
Zo vieren de Joden feest. Armen en rijken, ja, maar ook Jood van geboorte én proseliet. Een proseliet is iemand die zich pas heeft bekeerd tot het jodendom. In hoofdstuk 8,17 staat:
[DIA 22]
Uit alle volken van het land sloten zich velen bij de Joden aan, want angst voor de Joden had zich van hen meester gemaakt.
Ester 8,17b (NBV)
Die pas bekeerden uit het rijk van koning Ahasveros waren er dus ook bij! Daarbij is het natuurlijk de vraag: sloten mensen zich daadwerkelijk als jood bij de Joden aan? Onze vertaling zegt dat zo, alleen dat is een keuze. Andere uitleggers zeggen: ze gaven zich uit angst voor de Joden zelf uit als Jood, terwijl ze dat dus eigenlijk niet waren.
Maar dat is onwaarschijnlijk. De Joden waren nog altijd een bedreigd volk, door de wet van Haman. De Joden zouden zich verdedigen tegen de aanvallers, maar zouden niemand zomaar aanvallen. Ongetwijfeld zullen er onoprechte bekeerlingen tussen hebben gezeten. Maar dat doet er niet toe. Het gaat hier om de ironie in het boek Ester, de ommekeer in het verhaal van het Joodse volk.
[DIA 23]
Een totale ommekeer. Van een volk dat met uitsterven wordt bedreigd, naar een volk waar mensen bij willen horen! Een volk waarvan duidelijk is: God beschermt hen! En het Joodse volk zegt nergens in Ester: ‘Ho, wacht even… gisteren stonden jullie ons nog naar het leven en vandaag ben je ineens bekeerd?!’ Nee, de bekeerlingen zijn welkom. Want het gaat hier niet om de mensen, maar om Gods bescherming. En samenvieren ze dat feest, uitbundig.
[DIA 24]
Het feest van de rust die God geeft door Zijn redding. Een feest met cadeaus en lekkernijen. Zo keert God de rollen in het boek Ester om. We hebben daar in de afgelopen weken in vier preken naar geluisterd. We begonnen met het overkoepelende thema van Ester:
[DIA 25]
God is de Auteur. De Auteur het verhaal van Ester, van de geschiedenis, van de kerk en ook van jouw leven. Al lijken sommige dingen je te overkomen en lijkt het kwaad kolossaal – God heeft de touwtjes in handen. Ook als Hij ver weg lijkt in de wereld of in jouw leven, dan nog leidt God de geschiedenis naar Zijn doel, volgens Zijn plan. Dat zie je in het offer van Jezus, de climax van de menselijke geschiedenis verzekerd.
Binnen dat plan hebben we alleen wel een keuze: werken we mee of werken we God tegen?
[DIA 26]
Dat is kiezen of delen, zoals Ester dat ook moest. Op sommige kruispunten in je leven sta je voor de keuze: ga ik voor zelfbehoud, of voor gehoorzaamheid aan God. Die twee staan niet altijd, maar toch wel vaak tegenover elkaar. Ester helpt je bij de afweging bij grote keuzes in je leven: ZEG het maar. Besef dat je zegeviert: God heeft de overwinning al behaald! besef dat je deel bent van een eenheidin Christus. Ga dus niet zomaar voor jezelf, maar heb ook voor de mensen om je heen. En handel uit geloof: bidt en vertrouw op God, dat Hij doet wat uiteindelijk goed is. Dat God je leidt naar een hechte relatie met Hem!
[DIA 27]
Soms lijken gebeurtenissen in je leven dan toevallig, maar besef: Toeval bestaat niet. Daar hadden we het over in de derde preek. Toeval is Gods schuilnaam. Hij houdt de touwtjes in de wereld en in ons leven in handen. Hij laat je niet los. Heb dus ook voor dingen die toevallig aanvoelen, want het kan zomaar zijn dat God daar aan het werk is!
[DIA 28]
En vier in dat alles het feest van Gods genade. Want Hij geeft ons het cadeau van rust van onze vijanden. De redding door Jezus Christus. Vrede met Hem, thuis bij de Vader. De zonde is al verslagen. God geniet van Zijn kinderen. In dat feest, daar wil je toch iedereen in laten delen? Dat feest vieren we iedere zondag, samen.