Matteüs
Wees volmaakt!
Matteüs 5,48 & HC zondag 2.3-5
Serie:
Almkerk-Werkendam
zondag 7 februari 2021

‘Wees volmaakt zoals jullie hemelse Vader volmaakt is!’ Wat moeten we met zo’n oproep, nota bene van Jezus zelf? Het is toch een onmogelijke opdracht: Wees volmaakt! Hoe word je dat? Hoe leven we zo?Want laten we eerlijk zijn, volmaakt zijn we ook als christenen niet…
Onvolmaakt
Dat merk je alleen al in het verkeer: Hij is een goede automobilist, al zegt hij het zelf. Schakelen, optrekken, kijken, rekening houden met andere weggebruikers… hij doet het allemaal. Bumperkleven doet hij niet. Nog nooit schade gereden. Nog nooit bijna een ongeluk gehad. Telkens ziet hij het gevaar van mijlenver aankomen. […]
‘Er zijn maar weinig mensen die fatsoenlijk kunnen rijden,’ zegt hij tegen zijn vrouw. Ze rijden samen naar hun ouders. Plotseling gooit iemand hem er met 90 voor. ‘Wat een aap!’ roept hij uit.
‘Ja, autorijden kan hij best,’ denkt zijn vrouw, ‘maar rustig autorijden niet.’ Hij scheldt veel op het verkeer. Rijdt altijd 4 km/h te hard. Hij is vaak boos op andere automobilisten. En nee, bumperkleven doet hij niet echt, maar afstand houden als iemand iets te langzaam rijdt is er ook niet bij. Hij laat de auto rustig uitrollen om duidelijk te maken: ‘Ik wil er langs…!’
Volmaakt? Ik dacht het niet…
Of kijk maar naar de hele wereld. Oorlog, rassenhaat, discriminatie, verdeeldheid. Het is aan de orde van de dag. Denk even (terug) aan de avondklokrellen van twee weken terug… Verschrikkelijk wat ze allemaal hebben aangericht. De schade loopt mogelijk in de miljoenen. […] Hoe hebt u gereageerd om de rellen? Je hebt er heel waarschijnlijk wel wat beelden van gezien. Maar wat denk je dan? “Heer, ik dank U dat ik niet ben zoals zij…” Het is een gedachte die gemakkelijk opschiet. Maar daarmee staan we wel in een houding waarvan de Here Jezus zegt: “Wie zichzelf verhoogt, zal vernederd worden...” (Luc. 18,14, NBV))
We zijn onvolmaakt. We zijn vervreemd van God.
Vervreemd van God
We weten dat. Het is precies wat de catechismus ons voorhoudt: ‘Ken je ellende. Besef dat je van nature erop uit bent om God en je naaste te haten.’ […] God en je naaste haten. Dat kan klinken als dat niks van wat je doet ook maar in enig opzicht ‘goed’ genoemd kan worden. ‘Als zou je wereldvrede stichten, heel Afrika voeden… je bent geneigd tot alle kwaad, dus het is niet ‘goed’.’ […]
Goed om te weten: de catechismus leert hier geen bodemloos pessimisme. Wat de catechismus wel zegt is dat alles wat wij doen besmet is met zonde.
“Als zonde de kleur blauw zou zijn, dan doen we niet zo nu en dan iets blauws; in alles wat we zeggen en doen zit een blauwe.” – Dane Ortlund, Gentle and Lowly, 47.
Je kunt dan denken: Doe ik dan helemaal niets goed? Laat ik een voorbeeld geven:
‘Ze deed prachtig werk. Erg fijn dat ze dat kon doen. Het was zó mooi om die mensen blij te zien. Ze dacht dat ze voor hen het verschil maakte op een dag. Haar collega’s vonden het altijd fijn om met haar te werken. ‘Fijn dat je er weer bent!’ Ze hoorde het zo vaak. Het gaf haar een heerlijk gevoel.
Maar nu zit ze thuis zit met een burn-out. Hoe kan dat nou? Ja, er waren wel wat zorgen. Ze was vaak moe. Maar ze had het gevoel dat ze de wereld aankon! Nu is dat wel anders. […] Wat was ze afhankelijk van dat gevoel dat zij ertoe deed. Was dát de drijfveer geweest achter haar harde werk? Ze dacht dat ze puur uit liefde voor de mensen dit werk was gaan doen… maar wat was ze afhankelijk geworden van het gevoel dat zij nodig was.
Prachtig werk! Veel liefde! Maar dat egoïsme zat er echt… gebroken… niet volmaakt.
Broers en zussen, zo diep zit onze vervreemding van God. Zelfs onze beste daden zijn vermengd met zonde. We zijn vervreemd van God. ‘Ellendig’ zegt de catechismus. Letterlijk betekent dat dat we niet thuis zijn. Een vreemdeling, ver van huis. Feitelijk zijn we in deze wereld thuisloos. Want we zijn niet gemaakt voor deze gebroken wereld, met alle haat, zonde, crisis, ziekte, ruzie en conflicten. […] Misschien herken je dat, dat je een soort heimwee hebt naar een zorgeloze tijd. Soms zeggen of vinden mensen nog steeds: ‘Vroeger was alles beter.’ (Pred. 7,10)
Dat zegt meer: ‘Vroeger maakte ik me hierom nog geen zorgen.’ Maar geloof me: vroeger was alles net zo kapot en gebroken als nu… Die heimwee naar een betere tijd… dat is heimwee naar volmaaktheid, naar heelheid. Heimwee naar God. Want we leven in een wereld waarin we bij God vandaan zijn geraakt. Vervreemd.
De zonde zit in ons allemaal.
Maar we moeten nog iets méér zeggen. ‘Vervreemd’ kan nog klinken als iets dat ons is overkomen. Passief. ‘Vervreemd’ kan klinken alsof we zelf geen schuld dragen. Maar dat is maar het halve verhaal…
Want we zijn ook, stuk voor stuk, opstandig tegen God.
Opstandig tegen God
Daar wijst de Here Jezus je Zelf op, in Matteüs 5. Het is ongehoord scherp. Jezus gaat veel verder dan de leer van de Farizeeën en Schriftgeleerden. Jezus legt de lat nog hoger dan zij! Of eigenlijk: Jezus interpreteert de wet geheel volgens Gods wil. Hij wijst aan waar de geboden ten diepste op wijzen. Niet simpelweg het houden van de geboden, maar ook wat ze eigenlijk meebrengen! De wet eist volmaaktheid. Dat is niet simpelweg ‘het ergste niet doen,’ maar alle verkeerde dingen, hoe klein ook, nalaten. Zelfs de kleinste overtreding is en blijft een overtreding! Nogmaals: hoe gemakkelijk denk je:
‘Dank U dat ik niet ben zoals zij…’?
‘Wat een dommerd’?
Of: ‘Met hem of haar zou ik wel wat willen doen…’?
Wie heeft er nooit gedacht bij een reclame op televisie: ‘Dat zou ik wel willen hebben’?
Wie heeft er nooit een stukje waarheid verzwegen?
Bij elk gebod kun je wel iets bedenken waarop je tekortschiet. Dus we zijn onvolmaakt. We zijn vervreemd en opstandig tegen God.
Helemaal op scherp: Als je al Gods geboden overtreden hebt, hoe klein ook, dan ben je een gezags-ontrouwe, moordende, overspelige, stelende, liegende, jaloerse, afgoden-dienende godslasteraar! Broers en zussen, ik weet dat dit heel zwaar klinkt. Dat is omdat het ook zó zwaar is! Ik wil het niet anders zeggen dan dat het is.
Misschien denk je nu: Hoe moet het dan verder? Als het niet lukt om volmaakt te leven, en Jezus ons dat wel voorhoudt, hoe moet het dan verder? Delen in wat Jezus heeft gedaan.
Het goede nieuws van onze Here Jezus is: Er is vergeving voor wie het wil aanvaarden! Als je Jezus aanneemt als Zijn redder wordt je gered van het oordeel! God wil je zien in Hem: alsof je nog nooit zonde had gehad of gedaan. Alsof je Zelf zo volmaakt bent als Jezus Christus! We weten het in de gemeente maar al te goed. Maar… en wat ik nu ga zeggen klinkt heel tegenstrijdig, maar luister even goed naar de uitleg:
Je wordt niet gered doordat jij Jezus aanneemt.
Daarmee bedoel ik: Je wordt niet gered om wat jij doet. Jouw keuze maakt niet dat je beter bent dat een ander. Ook niet omdat jij wél in Jezus gelooft. Jouw keuze of jouw daden brengen je geen redding. Dat doet alleen de Here Jezus. Je wordt gered omdat de HERE jou aanneemt! Door geloof krijg je deel aan wat Hij heeft gedaan! Maar het is enkel en alleen de genade van God waardoor je gered wordt! En alleen door geloof krijg je deel aan wat Jezus heeft gedaan. Zelfs je geloof is een geschenk van God (Ef. 2,8-9).
Vergelijk het met een kapotte auto die gesleept moet worden. Die kapotte auto stuurt mee met de auto die ‘m sleept. Maar die kapotte auto gaat zichzelf niet op de borst kloppen: ‘Wat ben ik fantastisch omdat ik gesleept wordt! Wat een stel trieste kapotte auto’s die er langs de weg staan.’
Jazeker, bent gered door geloof! Maar geloof is niet is waardoor je trots op jezelf kunt zijn: wat goed van mij dat ik geloof. Laat je daar dus niet op voorstaan! Voel je niet beter of belangrijker dan een ander. Denk niet dat je iets meer hebt dan een ander… iets vóór hebt op een ander…
Want we staan allemaal naast elkaar als het op zonde aankomt. We zijn allemaal even onvolmaakt en even opstandig tegen God. Maar God wil je dat helemaal vergeven in Jezus Christus. In Hem neemt God je aan als volmaakt!
Als dat zo is, kun je denken: dan maakt het niets meer uit wat ik doe. In Jezus ben ik gered. Ik kan dus doen en laten wat ik wil.
Maakt het nog uit wat ik doe?
Dat is niet wat de Here Jezus zegt. Hij doet wel degelijk de oproep: Wees volmaakt zoals jullie hemelse Vader volmaakt is! Ja, dat heeft Hij voor ons bereikt! Maar daarin delen, is meer dan dat je dat ‘in je broekzak hebt.’ Delen in de volmaaktheid van de Here Jezus, houdt ook in dat je volgt in Zijn volmaaktheid.
Denk even terug aan die kapotte auto die gesleept moet worden. Die gaat niet vol in de ankers terwijl de sleepauto rijdt. En omgekeerd: hij laat zich niet rollen als de sleepauto remt. Zo is het ook als je deelt in de volmaaktheid van Jezus. Dan ga je ook volgen in Zijn volmaaktheid. Je ‘rijdt’ en ‘stuurt’ mee in de weg die Hij is gegaan!
Broers en zussen, wij onvolmaakte en opstandige mensen worden gered door Jezus. Alléén door Jezus, alléén door Zijn genade. En alléén door geloof! Dat is niet iets waar je trots op bent, maar iets dat je in en in liefdevol en nederig maakt.
Hoe kom je daar? Wat is de concrete weg daarnaartoe?
Hoe kom je daar?
Dat doet de Geest. Hij maakt dat het goede nieuws van Jezus Christus vrucht draagt. Maar ik zeg het wel vaker en denk ook aan die sleepauto: dat maakt wel dat je meerijdt en meestuurt met de weg die Jezus wijst!
Hoe kun je nu meesturen en beseffen dat je wordt gesleept? Maak maar eens een lijstje, alleen of met elkaar, met jouw meest gemaakte overtredingen van de tien geboden. Sla geen van de geboden over. En bedenk ook: overtreden is overtreden. Of er nu een vlekje blauw of een hele klodder op het papier zit: overtreden is overtreden. Door jezelf daarbij te bepalen ontdek je hoe groot Gods genade voor jou is. En van daaruit leer je om genadig, liefdevol en vergevingsgezind naar je naasten te zijn.
Broers en zussen, wij zijn onvolmaakte en opstandige mensen. Maar we worden gered door Jezus, de Volmaakte! Hij geeft ons Zijn genade. Zonder Hem zijn we nergens. Door geloof deel je in Zijn volmaaktheid! Stuur dan mee op de weg die hij gaat en weet: van mezelf heb ik helemaal niks waarop ik me kan laten voorstaan. Maar ik dank U Here God dat U mij redt in Uw Zoon, onze Here Jezus Christus!
AMEN