Psalmen
Vier levenslessen
Psalm 139 | Oud- en nieuwjaarsdag
Serie:
Almkerk-Werkendam
zaterdag 31 december 2022
God, spaar de goddelozen niet;
dood iedereen die bloed vergiet.
Zou ik niet haten wie U haat?
Ik walg van wie uw wil weerstaat.
Ik haat hen, HEER, ik kan niet anders.
Zij zijn mijn grootste tegenstanders.
Tijdens het maken van de liturgie twijfelde ik of we dit vers wel moesten zingen. Over walging en haat… Past dat wel in de kerk van God? Ik denk dat voor veel mensen vandaag de dag het misplaatst voelt. Natuurlijk kun je erover preken, maar het zingen?! Die woorden zingen is toch wel wat anders… Dan is het alsof je onverdeeld achter die walging en haat van goddelozen staat. Alsof je daar volledig achter moet staan. We zingen het na de preek.
[DIA 2]
Want toch staan die woorden in de Bijbel. En we geloven de Bijbel van kaft tot kaft. We geloven dat Gods Woord betrouwbaarder is dan ons gevoel. Dus wanneer de Bijbel tegen ons gevoel ingaat, dan hebben we wat werk te doen. Daarom verdiepen we ons [VANMORGEN] in Psalm 139.
[DIA 3]
Kijk je naar de wereld, dan is er ongelofelijk veel gaande. Zelf zie ik gemakkelijk alles wat er mis gaat. De oorlog in Oekraïne. Grote klimaatgevolgen in arme landen. Groeiende polarisatie in de wereld en ons eigen land. Aan vervolging en onderdrukking, van christenen en andere minderheden. Kerkverlating. Lauwheid. Consumptiegedrag in samenleving én kerk.
[DIA 4]
De dingen die fout gaan zie ik vanzelf, maar wat goed gaat, daar moet ik wat naar zoeken. Maar zie je de positievere ontwikkelingen? Hoe corona naar de achtergrond van ons leven is verdwenen. Hoe veel landen de armen ineenslaan om de gevolgen van klimaatverandering in arme landen te vergoeden. Hoe de ontwikkeling naar duurzame energie een extra stap heeft gemaakt door wat er in de wereld speelt. Plasticvervuiling wordt steeds meer aangepakt. Er gebeuren ook positieve dingen in de wereld.
[DIA 5 | ZWART]
Zo zal het ook in u en jouw eigen leven zijn.
Als je dan terugkijkt op het afgelopen jaar, waar moet je dan aan denken? Misschien ‘popt’ er gelijk een ingrijpende gebeurtenis in je gedachten – met blijdschap, verdriet of gemengde gevoelens. De één kijkt terug op een mooie trouwdag, de geboorte en doop van een kind of nog iets anders. Een ander denkt terug aan een overlijden of een moeilijk bericht uit het afgelopen jaar. Een derde denkt terug aan het pensioen of aan het doorstaan van een moeilijke tijd.
Het afgelopen jaar is gevuld met mooie en moeilijke gebeurtenissen. Het komende jaar zal dat ook weer zijn.
Gebeurtenissen die allerlei positieve én negatieve gevoelens oproepen. Psalm 139 leert ons vier levenslessen over God. Levenslessen die je helpen om met zulke gevoelens om te gaan. Levenslessen die je ook handvatten geven voor het jaar dat voor ons ligt. Ik hoop dat deze preek je helpt om het afgelopen jaar een plek te geven. Dat het je helpt om het nieuwe jaar met goede moed in te gaan.
[DIA 6]
VIER LEVENSLESSEN
#1. God doorgrondt mij
#2. God is overal
#3. God maakte mij
#4. God is betrokken
We gaan met elkaar de hele Psalm bij langs.
[DIA 7]
#1. God doorgrondt mij (vers 1-6)
David zet in vers 1 t/m 6 gelijk hoog in. God kent ons niet alleen: Hij doorgrondt ons. Hij doorziet van een afstand onze gedachten. Soms bekruipt me dat. Iemand die je helemaal doorziet, ‘door je heen kijkt’. Stel je voor dat je zo’n persoon tegenkomt. Iemand die jouw woorden en gedachten eerder begrijpt dan jij jezelf kunt uitdrukken. Dat heeft voor veel mensen iets bedreigends. Alsof iemand je privacy schendt. Maar zó is God: Hij kijkt dwars door ons heen!
[DIA 8 | ZWART]
Alleen, opvallend: David is er niet bang voor. Hij schrijft niet over angst, maar over hoe onvoorstelbaar wonderlijk het is dat God ons zo kent (vers 6)! David voelt geen verlammende angst voor God, maar ontzag en verwondering. Bevrijding zelfs! Want God kent ons door en door én Hij is volledig te vertrouwen. Omdat God ons genadig aanneemt als Zijn kinderen in onze Here Jezus, mag je vrij zijn van angst. Vers 1 t/m 6 laat zien: Zo hecht, zo diepgaand wil God een relatie met Zijn geliefde kinderen!
[DIA 9]
Ja, het is bevrijdend dat God je doorgrondt. Zelfs wanneer ik mijzelf niet begrijp… Zelfs wanneer ik niet begrijp waarom ik dingen doe of zeg of denk… zelfs dan begrijpt God mij volledig. Op hoogte- en dieptepunten, lichte en donkere tijden in je leven. Want God is overal
[DIA 10]
#2. God is overal (vers 7-12)
David weet dat het onmogelijk is om bij God weg te gaan. Hij spreekt van hemel en dodenrijk. Nu, de hemel was – toen net zoals nu – de plek waar God woont. Maar het dodenrijk, wat had God daar te zoeken? Daar waren de doden die niet bij God zijn. Maar Zelfs dáár is God. God is de Schepper van het alles! Zou Hij ooit in de steek laten wat Hij gemaakt heeft? Nee! God overziet heel Zijn schepping. Van oost tot west, van de hoogste berg tot de diepste zee. Zou Hij dan ooit ver weg zijn?
[DIA 11]
Nee, zelfs in het duister is God dichtbij. Duisternis is in de Bijbel symbool voor alles wat beangstigd en onzeker is. In het donker is het een chaos, is het gevaarlijk. Maar zou voor de Schepper van het licht ooit ook maar iets te donker zijn? Voor Gods aanwezigheid maakt het duister geen verschil met het licht. Voor Gods nabijheid maakt het niet uit of het je voor de wind gaat of dat je lijdt. Hij is er! Dat wil niet zeggen dat voor ons de nacht ook oplicht als de dag. Nee, maar in de donkere tijden van ons leven is God net zo goed aanwezig als in de lichte periodes.
[DIA 12]
Want God is overal. Hij begrijpt je helemaal, want Hij heeft je gemaakt!
[DIA 13]
#3. God maakte mij (vers 13-18)
Heb je je er ooit over verwonderd, dat er zoveel miljard verschillende mensen zijn? Goed er, zijn een paar eeneiige tweelingen. Misschien zelfs wildvreemde mensen die veel op elkaar lijken. Maar dan nog: karakters verschillen dan altijd nog. Dus miljarden verschillende mensen die nu leven. En dan nog de miljarden die er al zijn geweest. Allemaal verschillende mensen, op wie onze God betrokken is. Meer nog: mensen die – zoals David zegt – zijn geweven in de buik van hun moeders. Meer nog: mensen van wie God de dagen heeft opgetekend. Nog voor ze bestonden! Je zou het met David meezeggen: “wonderbaarlijk is wat U hebt gemaakt!” (vers 14b, NBV21)
[DIA 14 | ZWART]
Toch roept dat wellicht ook vragen op. Als God ons zo maakt… Als God kinderen zo maakt in de buik van hun moeders…
Hoe zit het dan met het sterven van kinderen in de buik van hun moeders? Deze Psalm raakt dat aan, dus ik kan er niet omheen.
Ik kan me enkel maar indenken hoe hartverscheurend het moet zijn dat mee te maken. Ik kan alleen maar proberen me een voorstelling te maken van hoe groot je vragen aan God dan zijn!
Maar David weet het uit eigen ervaring! Hij verloor zijn eerste kind met Batseba. En in zijn woorden klinkt het mee - troostvol: zelfs het vormeloze begin van een kindje in de buik van de moeder kent God al. Het is zelfs nog sterker: God heeft de dagen van een mens al geteld nog voordat die mens bestaat!
[DIA 15]
We zijn dus met de allergrootst voorstelbare zorg door God gemaakt! Hij kent je door en door, en Hij is er altijd, in je donkere en lichte levensdagen. Want onze God is op onze realiteit betrokken!
[DIA 16]
#4. God is betrokken (vers 19-22)
Hier lijkt het persoonlijke leven van de dichter meer in zicht te komen. Toch wringt het hier voor veel mensen, zoals ik aan het begin van de preek ook al aanstipte. Walging en haat, past dat wel bij een christen? Past dat wel bij God? David zegt het zo scherp als hij kan: “Ik haat hen zo fel ik haten kan…” (vers 22a, NBV21)
[DIA 17]
Natuurlijk roep ik u hier niet op tot haat. Maar ik ga het je ook niet ontzeggen. Want blijkbaar is er bij God zelfs ruimte voor haat. Maar bedenk dan wel goed waar die haat tegen gericht is! Want goddelozen, daarmee bedoelt David niet zomaar mensen die niet in God geloven.
Dat is een categorie die wij kennen, maar die destijds nauwelijks bestond. Iedereen had wel een God of goden… Nee, met goddelozen bedoelt David: mensen die zich aan God noch gebod storen. Mensen die egoïstisch leven en anderen gebruiken voor hun eigen gewin en genot. Mensen die het tegenovergestelde leven leiden van zoals God het heeft bedoeld.
[DIA 18 | ZWART]
De haat is daarmee niet gericht op personen, maar op het kwaad dat ze belichamen. Haat is zelden gepast, behalve wanneer het zich richt tegen het kwaad. Wanneer het zich richt tegen alles wat slecht is in onze wereld. Want ook God Zelf haat het kwaad (Psalm 45,8)! Zelfs zo erg dat Hij het straft. Zelfs zo erg dat Hij het kwaad eens compleet zal uitbannen! God haat het kwaad zo hartgrondig, dat Hij bereid was het Zelf uit de weg te ruimen, in Zijn Zoon en onze Koning Jezus.
Besef dat dus, wanneer je haat voelt tegen het kwaad. Die is gerechtvaardigd, want het kwaad moet verdwijnen! Maar besef ook hoe God het kwaad uitbant! Niet in de eerste plaats door met geweld en groot machtsvertoon een einde te maken aan het kwaad. Nee, door zelf eerst de mens, die verloren dreigt te gaan aan het kwaad, te redden!
Zo in en in betrokken is God op ons leven!
[DIA 19]
Daar komt David ook weer bij uit. Want aan het slot bidt Hij tot God met bijna dezelfde woorden als waar hij mee begon. Het staat treffend na dat gedeelte over de haat van de zondaars. David haat hen, maar weet: dat kan mijn blik vertroebelen. En daarom bidt Hij: ‘Heer, U bent betrokken op mijn leven, bescherm me dan ook voor verkeerde keuzes. Bewaar mij voor de verkeerde weg. Zie erop toe dat ik niet leef van uit mijn haat, vanuit mijn pijn, maar vanuit Uw eeuwigheid!’ Pijn veroorzaakt pijn. Dat is een vicieuze cirkel.
Maar David bidt: ‘Heer, zuiver mij daarvan! God zij dank: we hebben een God die zo betrokken is dat Hij dat gebed verhoort! Door zijn Geest zuivert Hij ons van dag tot dag. Hij heiligt ons, als we Hem zoeken.
Achter dat woord 'peilen' gaat een wereld schuil. De wereld van de edelsmid. Je kunt het woord peilen ook vertalen als toetsen of beproeven. Die wereld roept dat woord op, dat daar in het Hebreeuws gebruikt wordt. Peil mij wil dus zeggen: ‘Doe een dieptepeiling naar mijn hart, naar mijn leven. Test en toets of het zuiver en oprecht is’. Hoe een edelsmid dat deed was als volgt: het metaal werd verhit, maar niet gesmolten. Dan komen de onzuiverheden als donkere vlekken aan de oppervlakte. Daarna wordt het zilver afgekoeld en opnieuw verhit. Op deze manier komen de onzuiverheden uit het zilver. Het zilver is zuiver, wanneer de edelsmid zijn eigen weerspiegeling in het zilver kan zien, zonder donkere vlekken.
[DIA 20 | SAMENVATTING]
Zo betrokken is onze God! Laten die levenslessen je rust geven. Onze God kent jou door en door! Hij begrijpt al wat je doet, denkt en zegt voordat je het zelf begrijpt. Hij is overal. Jouw donkere periodes zullen nooit zo donker zijn dat God niet bij je kan zijn. Zelfs als wij geen hand voor ogen zien, dan nog weet God wel hoe het verder moet. Je bent door Hem gemaakt, Hij weet hoe je in elkaar steekt. En bovendien: wat Hij maakt laat Hij niet los! Hij is zelfs zo betrokken, het kent ons zó door en door, dat Hij onze haat voor het kwaad deelt. Want God haat het kwaad zo sterk dat Hij het overwon in Zijn Zoon!
Die God is met je, afgelopen jaar en ook komend jaar.
AMEN