top of page

Ruth

Het doel voorbij

Ruth 4,9-12

Serie:

Almkerk-Werkendam

zondag 19 september 2021

Waarvoor doet u… waarvoor doe jij nu echt je best? Wat wil je bereiken in je leven? Bedenk dat voor jezelf eens eerlijk […] Het kan natuurlijk meer dan één ding zijn. Misschien wil je een goede ouder zijn of worden voor je kinderen. Of je wil je droomhuis verwezenlijken. Je wil die prachtige auto om lekker mee te touren. Je wil echt iets maken van je bedrijf. Je wil de beste in je vak worden. Je wil je studie afronden, je droombaan bereiken. Dat mensen naar je kijken en denken: ‘Zo zou ik ook willen zijn. De beste onze zijn gelijken, de primus inter pares. Dat is een mens volgens het boekje.’

Zelfs al verlang je er niet naar dat mensen precies zo over je denken; we willen allemaal dat er positief over ons wordt gedacht. Dat we gewaardeerd worden om wat we doen. Dat we de middelen houden om ons doel te bereiken. Dus dan moet je niet te veel risico nemen. De stip op de horizon houden je niet laten afleiden.


Alleen, gefocust op wat je wil, schiet je zomaar aan je doel voorbij. Dat is ons thema vanmorgen: Het doel voorbij.


Het doel voorbij

Dat is namelijk precies wat die onbekende man gebeurt, aan het begin van Ruth 4. Hij is de tegenspeler, het tegenovergestelde van Boaz. Tijdens deze preek kijken we naar vijf van die tegenstellingen tussen Boaz en die ander. In het handelen van Boaz zien we wat Jezus volgen van ons vraagt!


Over die ander iets grappigs dat ik jullie niet wil onthouden. In onze vertaling staat over hem: “zijn naam is niet van belang”. Maar het Hebreeuws gebruikt daar twee rijmende woorden. Net als ons hoteldebotel of hak-op-de-tak: twee rijmende woorden die wijzen op hetzelfde. Sommige uitleggers denken dat we hier dan moeten vertalen, dat Boaz tegen deze man zegt: ‘Hé die-en-die’ of ‘Hé, zus-en-zo’. Maar je zou dus misschien ook kunnen vertalen: ‘Hé, dinges-de-pinges’. Ik noem hem voor nu maar kortweg Dinges. Verderop in de preek ontdekken we dat we hem ook anders kunnen noemen.


Hoe dan ook, de schrijver van het boek Ruth maakt erg duidelijk: de naam van deze man is niet relevant. Hij staat lijnrecht tegenover Boaz. Dat zit ‘m er allereerst in dat Dinges zijn plicht ontwijkt, terwijl Boaz zich eraan toewijdt.


#1. Ontwijking vs. toewijding

Dinges is de eerste losser van de familie van Noömi. Maar nu pas komt hij in beeld. Ruth en Noömi zijn al ruime tijd terug uit Moab. Maar tot nu toe blinkt Dinges uit in afwezigheid. Hij heeft zijn lossersplicht vakkundig ontweken. Als eerste losser had hij best het initiatief mogen nemen. Dat was zijn taak. In Deuteronomium 25 staat dat beschreven, vanaf ver 5: “Wanneer twee broers bij elkaar wonen en een van hen sterft zonder dat hij een zoon heeft, dan mag zijn weduwe niet de vrouw worden van iemand buiten de familie.” Maar hij nam geen initiatief.


Alleen nu Boaz op hem zit te wachten kan hij er niet omheen. Boaz roept hem er in de stadspoort bij en roept tien oudsten bij elkaar. Wat daar gebeurt is ongeveer vergelijkbaar met ons Kantonrecht. Er vindt daar in de poort als het ware een kleine rechtszaak plaats. Boaz maakt de zaak aanhangig waarvan hij voor Ruth de verantwoordelijkheid heeft genomen. De oudsten fungeren als getuigen en eventueel bemiddelaars. Boaz toont zich toegewijd aan het lot van Ruth en Noömi.


Het spiegelt ons voor hoe God het wil: toewijding aan je plichten. In het leven, in je relaties, in je werk, op school, in de kerk. Maar hoe moeilijk is dat! Natuurlijk, als het op ons pad komt dan doen we wat we moeten doen. Maar zelf actief opstaan en zeggen: ‘Dit moet ik doen,’ dat vergt nogal wat toewijding… Maar in die toewijding van Boaz zien we hoe God het wil. Meer nog: het spiegelt ons voor hoe God het Zelf deed en doet! God heeft de verantwoordelijkheid van onze zaak op Zich genomen! Hij heeft Zich aan ons toegewijd!


Dat is dus die eerste tegenstelling: ontwijking tegenover toewijding. Daaronder ligt bij Boaz en Dinges de tegenstelling handelen uit eigenbelang of vanuit belangeloosheid.


#2. Eigenbelang vs. belangeloosheid

Dat is een spannende. Want echt belangeloos je inzetten voor een ander, dat is zeldzaam. Heel gemakkelijk sluipt er ten minste iets in van: ‘Hoe kijken anderen naar mij?’ of: ‘Hoe wil ik dat anderen mij zien?’ Ik weet niet hoe jullie dat ervaren, maar ik kom daar onmogelijk los van. Zelfs onze heiligste motivatie is met zonde bevlekt. Dat is simpelweg menselijk.


Ik vraag me af wat er in Boaz omging toen hij daar in de poort zat. Het wordt niet beschreven. Zo ver wil de schrijver van Ruth niet gaan. Terecht ook, want wie is er dan nog geheel belangeloos? Maar toch, Boaz geeft hier wel voorrang aan zijn plicht, boven zijn eigen belang. Weer een spiegel voor ons, waarin we de belangeloosheid van Jezus Christus mogen herkennen. Bijzonder, hoe je door te leven zoals God wil, iets weerspiegelt van Wie Hij is. Het is een schril contrast met Dinges. Ja, hij is in eerste instantie bereid om zijn lossersplicht te vervullen. Als dat betekent dat hij er een stuk land bij krijgt. Als Noömi zonder nakomelingen sterft, dan valt het hem toe. Misschien dat hij daarom ook geen initiatief nam als losser. Als Noömi zou sterven, zou het land sowieso voor hem zijn. Maar als het hem uiteindelijk iets kost, past hij.


Dat Dinges zo doet… dat is schaamtevol. De derde tegenstelling tussen Boaz en deze man.


#3. Schaamtevol vs. eervol

Want hij ontwijkt zijn plicht en brengt daarmee schaamteover zichzelf en zijn familie. En tegelijk blijft hem hier ook wat schaamte bespaard. Net verwees ik al naar Deuteronomium 25. Daar staat ook: “Als hij blijft bij zijn weigering om … te trouwen, 9 moet [de weduwe in kwestie] ten overstaan van de oudsten op hem afgaan, hem zijn sandaal uittrekken en hem in zijn gezicht spugen, waarbij ze hem toevoegt: ‘Zo vergaat het de man die zijn broer nageslacht onthoudt.’ 10 En bij de Israëlieten zal zijn familie bekendstaan als de familie Zonderschoen.”


Dinges krijgt hier een naam: meneer Zonderschoen. Hij heeft er vrede mee, om zijn familie schaamte te bezorgen. Als dat betekent dat hij zijn eigen bezit kan veiligstellen. Maar het is schaamtevol gedrag. Maar er is meer aan dit tafereel.


Volgens mij lezen we hier een verklaring voor het nachtelijke bezoek van Ruth aan Boaz, in het vorige hoofdstuk. Als je Deuteronomium 25 naast Ruth 3 en 4 legt, dan kun je zien hoe groot de liefde van Ruth was. En we zien hoe Boaz daar hier aan meewerkt. Ruth bezoekt Boaz ’s nachts, omdat als Boaz weigert ze hem zijn sandaal moet uittrekken en hem in het gezicht moet spugen! Dat wensen Ruth en Noömi Boaz niet toe. En Boaz wenst de andere losser evenmin toe. Boaz bespaart hem het gespuug in het gezicht!


Niet alleen stelt Boaz de ander in staat om eervol te handelen. Hij neemt ook de zaak van Ruth op zich, zodat hem schande bespaard wordt. Boaz handelt hier uitermate eervol! Uit zijn uitgebreide toewijding in vers 9-10 blijkt dat des te meer:

Hij verklaart dat hij het gehele bezit van Noömi koopt, en haar zo helemaal schadeloos stelt!

Hij noemt de hele familie die gestorven is: Elimelech, Kiljon en Machlon.

Hij verklaart dat hij Ruth tot vrouw neemt.

Hij zorgt dat de naam van Machlon op zijn land voortleeft.


Ja, Boaz wijdt zich toe aan zijn plicht. Hij handelt belangeloos en eervol. Daaruit spreekt dat hij gericht is op het geestelijke, waar Zonderschoen zich richt op het aardse


#4. Aards vs. geestelijk

Zonderschoen is gericht op zijn eigen familiebezit. Dat wil hij veiligstellen. Boaz stelt zijn lossersplicht voor zijn zorgen over zijn bezit. Ja, waarschijnlijk had Boaz zijn schaapjes op het droge. Hij was rijk. Maar dat neemt niet weg dat hieruit blijkt dat Boaz gericht is op het geestelijke. Hoeveel rijken zijn er in onze wereld die gericht zijn op meer geld verdienen? Nee, Boaz is gericht op zijn gelovige plicht tegenover God en zijn naasten. Hij gaf ook al royaal van zijn oogst aan Ruth. Dat deed hij nog voordat het over het lossen van Noömi en Ruth was gegaan. Hij richt zich op het geestelijke.


Ook deze tegenstelling met Zonderschoen houdt ons een duidelijke spiegel voor. Ben ik gericht op het aardse, of op het geestelijke? Anders gezegd: Waarvoor doe jij nu echt je best? Wat wil je in dit leven bereiken? Is het niet vaak zo dat we ons keihard inspannen voor aardse dingen? Dingen die het vuur op de jongste dag niet zullen doorstaan? Maar hoe zit het met je inspanningen voor geestelijke zaken?


Man-o-man, wat kost het moeite om je in te spannen voor geloof en geestelijke zaken. Om je gebed voorrang te geven op je werk. Om je Bijbellezen voorrang te geven op je favoriete serie. Om je kerkgang voorrang te geven op je bed dat zo lekker ligt. Om de ontmoeting met je broers en zussen in de kerk voorrang te geven op je vrienden.


We spannen ons in voor allerlei aardse dingen. En als je eerlijk bent tegen jezelf: hoe gelukkig wordt je ervan als je het allemaal hebt? Hoe gelukkig wordt je ervan als je alles hebt bereikt? Meer dan eens blijkt dat mensen die alles hebben wat jij wil, toch nog wel dingen weten die ze meerwillen. Onze hele wereld is erop gericht om je telkens weer iets nieuwste verkopen. Soms lijken dingen zelfs gemaakt om op een bepaald moment kapot te gaan. Maar als je weer iets nieuws koopt, dan ben je even gelukkig. Blij dat je weer een nieuwe broek, telefoon of auto hebt. Maar na een poosje gaat de nieuwigheid eraf. Brengt het je geen geluk meer. En dan moet je wat nieuws…


Wat ik bedoel: de wereld doet ons allerlei lege beloftes. En toch spannen we ons vaak in om weer wat nieuws te bemachtigen. Maar als we ons al inspannen om aardse dingen te verwerven… hoe zullen we ons dan inspannen voor wat God heeft belooft? Hoe zullen we ons inspannen voor de dingen waarvan God zegt: ‘Dit beloof ik aan wie mij er vasthoudend om vraagt. Dit geef ik in mijn Zoon, gratis en voor niets, aan wie het wil ontvangen!’?


Laten we onszelf daarom eerlijk in de spiegel aankijken: ‘Wat brengt me eeuwig geluk dat nooit verdwijnt? En hoe span ik me daar in mijn leven voor in?’ Want wat heeft een mens eraan als hij de hele wereld wint, maar hem het leven erbij in schiet?


Maar dat is precies wat meneer Zonderschoen, Dinges-de-Pinges,gebeurt. Hij wordt vergeten, terwijl Boaz, Ruth en Noömi rijkelijk worden beloond.


#5. Vergeten vs. rijkelijk beloond

Nee, de naam van deze onbekende is niet van belang. Maar het feit dat hij geen naam heeft wel! Meneer Zonderschoen gaat naamloos de boeken in! Vergeten! Zo schiet hij zijn eigen doel voorbij. Hij wilde zijn bezit en daarmee zijn naam veiligstellen. Maar hij is een nobody in het verhaal van God. Onze Here Jezus heeft het ook gezegd: “Want ieder die zijn leven wil behouden, zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van mij en het evangelie, zal het behouden.” (Marcus 8,35).


Hoe groot is de tegenstelling tot Ruth, Boaz en Noömi? Het hele boek door tonen ze belangeloze liefde. Hier in Ruth 4 worden ze rijkelijk beloond!

Ruth ontvangt haar leven terug, vergoed door God: een man, een kind en een toekomst. Boaz had het haar toegewenst (2,11-12) en krijgt het hier (4,9-10).

Noömi wordt haar lijden vergoed. Haar leegte wordt weer gevuld door God: ze krijgt een kleinkind dat voor haar zal zorgen. Obed. Zijn naam betekent zoiets als Verzorger; iemand die zich voor je inspant.


De vergoeding die Boaz krijgt, samen met Ruth en Noömi, lezen we in dat slot van Ruth. De stamboom. De verteller zoomt uit aan het einde van dit verhaal. Vanaf Peres, de Zoon van Tamar en Juda – ik heb helaas geen tijd meer om dat fotografisch negatief van dit verhaal uit te werken… Maar de zegenwens die de oudsten Boaz toewensen komt uit: Zijn naam is groot geworden in Israël: Hij is een verre voorvader van David. Een verre voorvader van Jezus Christus, de Zoon van God!


Laat dat een troost voor je zijn! Niet om die beloning te krijgen. Nee, dan is je motief vertroebeld. Nee, span je in voor het leven met God. Span je in voor Zijn manier van omgaan met anderen. Richt je op wat boven is, niet op wat beneden is. En hoe klein het dan ook lijkt. Hoe minimale invloed je dan ook hebt… Hoe hard je dan ook moet zwoegen in het leven… God voltrekt Zijn onbegrijpelijke plan, ook buiten jouw zicht. Verder dan jouw leven Het gaat er niet om welke zegen je daarvan ziet in dit leven. Het gaat erom dat jij naar jouw beste kunnen God dient. God dienen met alles wat je hebt en bent.


Met mensen die zó leven gaat God Zijn ongekende weg!


AMEN

Deze preek in een dienst lezen?

Als je hieronder je contactgegevens invult dan stuur ik de presentatie, liturgie en preek met klikmomenten zo snel mogelijk op.

bottom of page