top of page

Romeinen

BETAALD

Romeinen 3,23-24 & HC zondag 5.12

Serie:

Almkerk-Werkendam

zondag 28 februari 2021

Moeten we het nu deze zondag wéér hebben over de straf die we verdienen? Ik kan me goed voorstellen dat je, na 3 catechismuszondagen over onze ellende, onze zonde en verlorenheid, het wel zat bent. Laat ik er dan ook maar mee beginnen: deze preek gaat niet over onze ellende, maar over onze verlossing.

Deze preek heeft dus een hele blije, positieve insteek!


Alleen we moeten het wel hebben over ellende. Want ‘verlossing’, of ‘redding’ is altijd uit iets. van iets. Je wordt alleen gered als je in de penarie zit. Je wordt gered van de verdrinkingsdood, of uit een brandend huis… Daarover gaat ook onze verlossing: we worden gered van de zonde en de dood. Redding van de zonde en de dood. Daar kom ik straks op terug.


Van de zonde en de dood kunnen we onszelf niet redden. Het is best moeilijk dat de catechismus hier constateert: ‘Je kunt niet zelf voor die straf betalen.’ Want wij mensen willen het vaak heel graag allemaal zelf opknappen. Dat merk ik zelf, in mijn predikantschap. Ik zie het om me heen. Ik zie het zelfs al bij onze kinderen:


We lopen regelmatig een stukje met onze kinderen. Een rondje door Almkerk. Of we lopen in een bos. Als het gevaarlijk is, dan moeten ze ons een handje geven. Alleen dan komt ook de eigen wil om de hoek kijken… Prachtig natuurlijk, maar ook tekenend. Als ik zeg: ‘Geef papa maar een hand.’ Dan weet ik het antwoord al: ‘Zelf!’


Het doet me denken aan wat mijn broer in dezelfde leeftijd ooit tegen mijn moeder zei. Mijn moeder zei tegen hem bij de weg: ‘Geef mama maar een handje.’ En mijn broer antwoorde: ‘Hoef jij niet mee te ‘moeien. Maak ik zelf wel uit.’


Veel van ons zullen het herkennen. Ikzelf in ieder geval wel. Ik wil heel graag alles zelf opknappen. We vragen niet snel om hulp. We helpen liever een ander. Alleen als het op onze redding aankomt moeten bekennen: ‘Ik kan het niet zelf. De schuld is te groot. Mijn leven te gebroken.’ Dat geldt voor ieder mens.


“Er is geen mens rechtvaardig, zelfs niet één… geen mens die God zoekt.” (Rom. 3,9b.11b) Wij kunnen de straf voor de zonde niet dragen, de schuld niet betalen. Maar we gaan het hebben over de verlossing. Want:


Jezus betaalt de prijs

Dat is nodig

Jezus betaalt, maar hoezo is dat eigenlijk nodig? Ja, er is een schuld… maar ik bedoel: waarom wil God per se dat die schuld betaald wordt? Had God niet gewoon de schuld kunnen vergeven? Daarover zegt de Catechismus: Ja, maar God is ook rechtvaardig. Alleen dan blijft het nog abstract…


Maar bedenk: een schuld moet uiteindelijk betaald worden. Linksom of rechtsom, maar er moet betaling plaatsvinden. Anders blijft de rekening in het luchtledige hangen. Zonder betaling kan het herstel nooit betaald worden. […] Maar God is toch almachtig? Hij kan het toch ook anders herstellen? Ja, maar niet zonder in dat proces zijn rechtvaardigheid op te geven… En dat wil God niet.


Dat willen wij ook niet. Ook wij willen dat er recht wordt gedaan. Denk aan oorlogsmisdaden, aan moorden, aan vernietiging. Denk terug aan de avondklokrellen! De schuld daarvan moet betaald worden. Natuurlijk wordt geprobeerd die te verhalen op de daders… maar anders betaalt de verzekering.


Schuld moet betaald worden. Bij onze schuld moeten we twee dingen onderscheiden. Ik noemde dat eerder al in de preek: de zonde en de dood. Dat is de daad en het gevolg daarvan. De misdaad – zonde dus – en de straf die erop volgt – de dood. De zonde, dat is het verlies van innerlijke volmaaktheid. De gebrokenheid van onze gehoorzaamheid. Onze onwil om God te dienen. En het gevolg van dat verlies door de zonde, is de dood. De dood is de straf op de zonde. Het gevolg van het breken met de Bron van leven. In Zijn boosheid over de zonde laat God geen enkele zonde in Zijn aanwezigheid bestaan.


Dus de misdaad en de straf, de zonde en de dood. Het is belangrijk dat je die twee van elkaar onderscheid, want dat helpt om ook je Redding beter te begrijpen! Want juist ook omdat onze schuld uit die twee delen bestaat is het voor ons onmogelijk om te betalen voor onze schuld.


We kunnen niet zelf betalen

Want van een kale kip kun je niet plukken. Anneloes en ik hadden een tijd terug, voor onze bruiloft, een cadeaubon gekregen voor de V&D. Wie kent de V&D nog? Het was een warenhuis. Een tijdje terug zijn ze failliet gegaan vanwege een wat onhandig ondernemingsmodel. Maar goed… Anneloes en ik hadden een cadeaubon, maar daar konden we niets mee. Die keerden ze niet uit. Dat geld was er simpelweg niet meer.


Nou, dat geeft wel aardig weer wat onze eigen situatie is. Onze schuld is te groot om ooit zelf af te betalen. Het verschil tussen zondige mensheid en de majesteit van God is simpelweg te groot. De HEER is van een andere orde van grootheid. […] We kunnen over God soms denken in menselijke maten. Wij hebben gebroken liefde, maar God heeft volmaakt lief. Alleen daarmee zeggen we nog te weinig. God spant de hemel uit als een doek. Hij meet de wateren in Zijn hand. Hij is met niets te vergelijken;


“Met wie wil je mij vergelijken, zegt de Heilige, aan wie ben ik gelijk te stellen?” (Jes. 40,25). Een voorbeeld: als wij zo groot als luciferstokjes zijn, dan is God niet de Mount Everest, maar eerder de regenboog. Ongrijpbaar. Qua hoogte onmeetbaar. Niet te vergelijken…


Zo is dus ook onze schuld, ons faillissement, te groot. We kunnen niet zelf betalen. De straf op de zonde is de dood. Het verschil tussen God en ons van een geheel andere orde van grootte. De mensheid was volmaakt heilig en rechtvaardig gemaakt. Maar ze zondigt. Dat is niet een koekje uit de trommel zonder vragen. Nee het is totale vernieling en uitroeiing van wat God had gemaakt. De hele schepping – mens, dier en natuur – ten dode opgeschreven. En niet per ongeluk, maar met opzet. Bewust gekozen tegen God in.


“Iedereen heeft gezondigd en ontbeert [– iedereen mist] de nabijheid van God;” (Rom. 3,23).


Maar de Here Jezus betaalt de prijs

In Jezus betaalt God de prijs van onze schuld. Hij is onze Middelaar. Echt God en echt mens – daar hebben we het volgende week over. Maar kan dat wel? Kan iemand anders wel voor onze schuld betalen, in onze plaats de straf dragen? We geloven dat, natuurlijk, maar dat is wel ingewikkeld…

Het is belangrijk om te beseffen: het gaat allereerst om de schuld van de mensheid en de straf die de mensheid daarvoor verdient. Dat legt Paulus verderop in de brief uit, in hoofdstuk 5:


“18 Kortom, zoals de overtreding van één enkel mens ertoe heeft geleid dat allen werden veroordeeld, zo zal de rechtvaardigheid van één enkel mens [dat is Jezus Christus] ertoe leiden dat allen worden vrijgesproken en daardoor zullen leven.”


Jezus Christus betaalt de prijs. Dat doet Hij op twee manieren:


Door te doen wat wij niet doen – een volmaakt mensenleven.

Door de straf te dragen – de eeuwige dood.


Jezus leeft een volmaakt mensenleven. Zo breekt de Here Jezus de mensheid voor het eerst los van de zonde! Het volmaakte goede leven dat de eerste mens niet uitleefde, maar daar bewust tegen koos… dat volmaakte leven leeft de Here Jezus wel! Hij doet wat god van ons vraagt.


En daarnaast draagt Hij de straf die wij voor ons kiezen tegen God verdienen. Hij draagt de vloek van God: Hij wordt verlaten door. […] Die straf kunnen wij ons niet inbeelden. Maar het is voor mensen ondragelijk. God is namelijk de Bron van het leven. Dat wil zeggen: het leven komt alleen bij Hem vandaan. Als je een mens vergelijkt met een vaste computer: trek de stekker uit het stopcontact, en hij is uit. Zo is het ook voor mensen die worden verlaten door God: het is over en uit. Eeuwig dood. Onvoorstelbaar hoe ondragelijk dat moet zijn.


Maar Jezus draagt de verlatenheid door God, die wij hebben verdiend, uit liefde. Jezus betaalt de prijs: hij leeft volmaakt én wordt door God verlaten. Hij betaalt de schuld van de hele mensheid. En Paulus schrijft vervolgens:


“24en iedereen wordt uit genade, die niets kost, door God als een rechtvaardige aangenomen…” (Rom. 3,24a) “hij laat ons zien dat hij rechtvaardig is door iedereen vrij te spreken die in Jezus gelooft.” (Rom. 3,26b) God spreekt iedereen vrij die in Jezus Christus gelooft. Wie in Christus Jezus is wordt niet meer veroordeeld (Rom. 8,1).


Is dat niet te makkelijk?

Het kan zo makkelijk voelen. ‘Ik verdiende straf. Mijn schuld was eindeloos, ik was compleet failliet. Maar Jezus heeft betaald. En daarmee is het klaar.’ We moeten toch berouw over onze zonden tonen? We moeten toch vechten tegen de zonde?


Broers en zussen, we kunnen daar heel veel over zeggen, maar als het gaat over de Here Jezus die de prijs betaalt is volgens Paulus heel eenvoudig: Genade die [ons] niets kost! Genade die je alleen maar met lege handen hoeft aan te nemen. Geloven!


Het is die liefdevolle, kostbare en rijke genade van God die je verandert! Het is die genade die in jou berouw over je zonde wekt. Gods genade kun je namelijk nooit aannemen zonder daarmee te erkennen dat je die gruwelijk hard nódig hebt. Maar alleen in het licht van Gods genade leer je je zonden zien. Gods genade staat dus helemaal aan het begin!


Het is precies om deze reden dat we de genade van God preken in de diensten, in elke preek, in alle omstandigheden!

Alleen vanuit genade komt berouw voort.

Alleen door de kracht van Gods genade worden we innerlijk veranderd door Zijn Geest!

Alleen Gods genade kan ons écht veranderen.

Alleen als je de onpeilbare diepte van het offer van Jezus Christus je diep in je ziel raakt…

alleen dán begint de genade van God je van binnenuit te vernieuwen.

Alleen van hieruit verlangen we en leren we God gehoorzaam te zijn.

Dat alles is het werk God door Zijn Geest in ons doet.

Werk, waar je je alleen voor open kunt stellen.

Je kunt het niet zelf.


Je kunt alleen de betaling van Jezus Christus met lege handen aannemen.

Hij betaalt de prijs voor onze zonde.

Hij is gehoorzaam, waar wij zondigen.

Hij wordt door God verlaten, draagt zo de straf die wij nooit konden overleven.

Jezus Christus betaalt uit onmetelijke liefde.


Ja, die genade vraagt om antwoord.

En ja, dat antwoord kán niet zonder berouw over je schuld.

Niet zonder een verlangen om God gehoorzaam te zijn.

Ik sluit af met de vraag voor thuis:


Hoe beantwoord jij die onmetelijke liefde van Jezus Christus?


AMEN

Deze preek in een dienst lezen?

Als je hieronder je contactgegevens invult dan stuur ik de presentatie, liturgie en preek met klikmomenten zo snel mogelijk op.

Ronald Elzinga | Preken

©2021 door Ronald Elzinga. Bijbelcitaten uit de NBV, Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap 2004 of de NBV21, Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap 2021, tenzij anders vermeld.

  • Gray LinkedIn Icon
  • Gray Twitter Icon
  • Grey YouTube Icon
  • Grey Instagram Icon
bottom of page