1 Korintiërs
Je wordt wat je liefhebt
1 Korintiërs 10,12.20
Serie:
Almkerk
zondag 20 augustus 2023
Denk eens terug aan de tijd toen je puber was. We zijn allemaal puber geweest, dus die herinneringen zitten als het goed is ergens. Voor mijzelf is die tijd nog niet zo heel lang geleden. Als puber dacht ik regelmatig over mijn ouders en hun opvoeding: zo wil ik dat niet doen. Dit en dat wil ik niet overnemen. Nu ik eenmaal wat ouder ben zie ik in dat ik heel veel dingen precies doe zoals mijn ouders ze hebben gedaan.
Je aapt ze alleen zomaar na. Je doet zomaar zoals je ouders doen. Bijvoorbeeld in opvoeding, maar ook in je algemene doen en laten. Zelfs gelaatstrekken die jij hebt, kun je zomaar terugzien bij de mensen met wie je opgroeit. De mensen die je opvoeden, je broers en zussen, je vrienden. Ook hun grapjes, zelfs hun intonatie. Zo ontstaat cultuur. Want waar je mee omgaat daar word je mee besmet.
DIA 3
Weet je dat gemiddeld 95% van wat we doen, onbewust gaat? Dat toonde prof. Dijksterhuis aan, bij een onderzoek aan de Radboud Universiteit Nijmegen. 95%. Wel heel erg veel, vind je niet? Maar het gaat van ademen, tot fietsen en autorijden. Van tandenpoetsen tot in slaap vallen. Van wandelen tot spreken en woorden vormen. Dat alles bij elkaar maakt dat je gemiddeld maar over 5% van je doen en laten dagelijks bewustekeuzes maakt. De rest gaat op de automatische piloot.
DIA 4
Die automatische piloot, je onderbewuste, dat kun je natuurlijk wel onderzoeken en beïnvloeden. Maar hoe vaak doe je dat? Hoe vaak neem je de tijd om te reflecteren? Hoe vaak sta je stil bij wat je doet en waarom je zo doet? Het gaat om 95% van je doen en laten. Besef hoe gigantisch belangrijk je onderbewuste is. En hoe belangrijk het is dat je daar van tijd tot tijd bij stilstaat. Het is belangrijk om van tijd tot tijd naar binnen te kijken. Belangrijk om te reflecteren: wat doe ik, waarom doe ik dat en hoe moet en wil ik het eigenlijk doen? Natuurlijk, over tandenpoetsen hoef je geen uren te filosoferen. Maar over je omgang met mensen, de houding van je hart… het is belangrijk om daar van tijd tot tijd over te reflecteren.
DIA 5
Dat is wat Paulus in dit gedeelte hardop doet. Hij reflecteert met de Korintiërs op hun praktijk. Sommige Korintiërs doen namelijk mee in de afgodendienst van de heidenen in Korinthe. Ze zien daarin geen probleem. En Paulus trekt de conclusie:
DIA 6
JE WORDT WAT JE LIEFHEBT
Dat is ons thema. Want waar je mee omgaat, daarmee word je besmet. Of in gelovige taal: je gaat lijken op wat je aanbidt.
Tijdens deze preek leer je beter begrijpen hoeveel de maatschappij aan jou trekt, vooral aan je onderbewuste. Je krijgt meer inzicht in wat daarvan het gevaar is voor je christelijke leven. En je leert hoe je stapje voor stapje iets verder komt in het leven zoals het God het wil.
DIA 7
We staan stil bij vers 12 en vers 20b: “12Laat daarom iedereen die denkt dat hij stevig overeind staat, oppassen dat hij niet valt. … 20 … ik wil niet dat u zich inlaat met demonen.” (NBV21)
DIA 8
Let op: De NBV21 heeft het hier over je inlaten met demonen. De HSV vertaalt: “ik wil niet dat u met de demonen gemeenschap hebt.” Letterlijk zegt Paulus in vers 20: “Ik wil niet dat jullie deelnemers van de demonen worden”. Dat gaat nóg verder dan je inlaten met demonen. Het gaat om één worden met demonen, door de afgodendienst waaraan de Korintiërs deelnemen. God wil dat we één worden met Jezus, maar het gevaar is dat we één worden met demonen.
Daar gaan we eerst op in. Vervolgens kijken we naar hoe je daarbij wegvlucht. Tot slot denken we in deze preek over de vraag: hoe kom ik stap voor stap verder in het volgen van Jezus.
DIA 9
#1. Afgoderij vandaag
#2. Gevaar
#3. Meer volgen
DIA 10
#1. Afgoderij vandaag
‘Houd je verre van afgoderij.’ Dat was voor de Korintiërs een hele concrete oproep. Ze leefden in een veelzijdige stad. Korinte was een toenmalige metropool. Eén van de meest welvarende steden van zuidelijk Griekenland in die tijd. Dit kwam omdat er veel handel werd gedreven. Korinte lag op een kruispunt van verschillende handelsroutes. Doordat de stad Korinte voor de handel zo gunstig lag, was Korinthe een multiculturele stad. En met verschillende culturen kwamen ook veel verschillende goden mee.
DIA 11 | ZWART
De Korintiërs dachten: ‘Dit gebroken, zondige lichaam doet er niet toe. Het wordt straks genezen. Nu moet je leren omgaan met alle aardse verlangens. Maar uiteindelijk maakt je lichaam niet uit, het gaat om je geest.’ (vgl. 1Kor. 6) Daarom deze ze gewoon mee aan de Romeinse offerfeesten in Korinthe. En in Korinthe heerste de gedachte: ‘Je kunt rustig meedoen met die heidense feesten. Je kunt rustig eten van dat offervlees. Het is je buik maar. Het is je lichaam maar.’
Daar gaat Paulus tegenin: ‘Door mee te doen aan die offerfeesten heb je gemeenschap met demonen die zich achter die afgoden verschuilen!’
Maar aanbidden... dat doen we in Nederland niet zo veel meer. Ja, als christenen aanbidden we God op zondag met zingen en bidden en danken. Maar echt aanbidden, dat doen we toch niet zo veel meer?
Nou... we aanbidden in Nederland en in de westerse samenleving meer dan we misschien denken. We geven er alleen andere woorden aan: verlangen, bewonderen of opkijken naar. Natuurlijk: met die woorden op zich is niets mis. Maar het gaat om wat ze bedoelen. Daarvoor kan ik het beste een voorbeeld geven. Een verhaaltje:
DIA 12
Iemand zit op de tribune bij een voetbalwedstrijd. Laten we hem Sjakie noemen. Hij en zijn vrienden hebben er zin in. Dit wordt hun wedstrijd. Ze hebben al lang naar deze avond uitgekeken. Het was een uitdaging om een dag te vinden die in alle agenda’s paste. Voor Sjakie niet, trouwens. Hij had een andere afspraak afgezegd, zodat het door kon gaan. Man, wat kijk hij ernaar uit!
DIA 13
Halverwege de tweede helft is de sfeer voor Sjakie totaal omgekeerd. In de eerste helft waren er twee tegendoelpunten gevallen. Balen, maar geen man overboord. Maar aan het einde van de tweede helft had de scheids ‘zijn’ team rood gegeven. Totaal onterecht! Nu staan er nog twintig minuten op de klok en de scheids heeft nog een paar missers gemaakt. De maat is vol. Gelukkig heeft Sjakie genoeg aanstekers mee. Hij zet het hem op een gooien.
DIA 14
Een paar dagen later kan Sjakie er nog boos om worden. Hij is kortaf naar zijn vrouw en kinderen. Het zit hem nóg dwars! Tot het zondag ’s morgens tot hem doordringt, als de dominee zegt: ‘Afgoderij is iets aanbidden dat bedoeld is om te gebruiken, of iets gebruiken dat bedoeld is om te aanbidden.’
DIA 15
Het is zomaar een voorbeeld van hedendaagse afgoderij. Iets wat je kunt gebruiken ter ontspanning, dat zo groot wordt dat het je leven beheerst. Je raakt erdoor gevangen. Het kan met voetbal, maar net zo goed met werk, auto’s, je huis, je gezin of familie, je vrienden. Het kan met drugs, porno, sigaretten. Kortom: alles in deze wereld kun je verkeerd gebruiken. En als je het lang genoeg verkeerd gebruikt, raak je erin gevangen. Het gaat je beheersen.
DIA 16
Het leven is niet onschuldig. De wereld is niet onschuldig. Ook vandaag ligt het gevaar van beheerst worden door verkeerde dingen op de loer. Want ook achter de hedendaagse afgodenliggen demonen op de loer, die je in hun macht willen krijgen.
Dat is het gevaar van afgoderij.
DIA 17
#2. Gevaar
Het is wel een hele actuele uitspraak, hè, die die dominee aanhaalde:
DIA 18
‘Afgoderij is iets aanbidden dat bedoeld is om te gebruiken, of iets gebruiken dat bedoeld is om te aanbidden.’ Weet je wie het geschreven heeft?
DIA 19
Aurelius Augustinus van Hippo. Een belangrijke kerkvader. Hij schreef over genieten en gebruiken en het verschil daartussen: “Iets genieten houdt in dat je in iets voldoening vindt puur omwille van zichzelf. Je gebruikt iets wanneer je het aanwendt om iets anders, waarnaar je verlangt te bereiken. Dat veronderstelt wel dat het doel van dat verlangen het beminnen waard is, want een onrechtmatig gebruik moet je eerder misbruik noemen” (Augustinus, geciteerd door Kees Diekstra op: https://augustinus-log.blogspot.com/2009/11/genieten-en-gebruiken-op-zoek-naar-een_15.html [20-7-‘23]).
DIA 20
We aanbidden wat we zouden moeten gebruiken, en we gaan gebruiken wat we zouden moeten aanbidden.
Augustinus was zijn tijd ver vooruit, want hoe relevant is zijn uitspraak nu? Onze consumentistische maatschappij traint ons via reclames in dat genieten van wat we eigenlijk zouden moeten gebruiken.
DIA 21
Het is een verkooptruc: ‘Geniet van Coca Cola, van McDonalds, van telefoons, auto’s en zo meer. Je wordt er gelukkig van!’ Wie kent de slogan van McDonalds nog? ‘I’m lovin’ it.’ We worden ondergedompeld in een consumentisme van jewelste. Er woedt een strijd om ons verlangen. Want wie ons verlangen te pakken krijgt, die bindt ons als klant aan zich.
DIA 22
Daargelaten wat die strijd om ons verlangen en dat consumentisme allemaal met ons doet… Je kunt zomaar denken dat God ook zó werkt. Je kunt zomaar denken dat God je zal geven wat je verlangt, in plaats van dat Hij je verlangen geneest. Maar dat is niet wat het geloof is. God is geen grote Sinterklaas die jou wel geeft wat je nodig hebt. God is een heilige dokter die vertelt wat er mis met je is. Een heilige dokter die je wil genezen. Die je van binnenuit nieuw wil maken. En dat van binnenuit begint bij je verlangen. Dat wil God vormen, richten op Hem!
DIA 23
Augustinus had al door hoe gevaarlijkde afgod van het consumentisme is. “[Gelovigen] gebruiken deze wereld met als doel dat ze God genieten, maar [ongelovigen] gebruiken God met als doel om deze wereld te genieten” (Augustinus, De Civitate Dei, Boek 15.7).
Maar God wil ons leren om Jezus te volgen. Elke dag, met vallen en opstaan, meer en meer Jezus volgen.
DIA 25
#3. Meer volgen
Wat je doet word je zelf. Want waar je mee omgaat, daarmee word je besmet. Je gaat lijken op wat je aanbidt. De duivel heeft dat ook goed begrepen: er is een strijd gaande om jouw verlangen. En het kan zo maar lijken: de duivel is het aan het winnen. Onze verlangens zijn zo verdeeld, geperverteerd door de wereld. We verlangen en genieten van wereldse dingen en gebruiken God om ervan te genieten.
DIA 26
Maar God geeft een manier om te vechten tegen de beheersing door afgoderij en consumentisme. God geeft een manier om ons verlangen te vormen. Hem aanbidden! Op alle manieren waarop dat kan. Door te zingen. Maar ook door je tijdens het Bijbellezen echt daarop te richten. Door een Bijbeltekst te overdenken, te doordenken (Kol. 3,16). Door je te wijden aan gebed in plaats van vluchtig te bidden – een kwartier, een halfuur of langer bidden vormt je (Hand. 1,14; 2,42). En ja, door het Avondmaal te vieren. Daar leert God je: het gaat niet om flitsend en nieuw. Nee, het gaat om wat God geeft: voeding met de genade van Jezus Christus.
DIA 27
Bovendien leert God je: niet jij, maar Ik heb het beslissende werk volbracht! Je hoeft niet zelf de weg te ontdekken, maar we mogen Jezus volgen. Dat is de genade van God. Je status is: gered. Maar de stand van zaken laat ruimte voor groei, zullen we maar zeggen.
DIA 28
Hoe leer je dan meer Jezus volgen? Dat begint met het verlangen dat God in je aanwakkert door Zijn Geest. Verlangen om meer aan Hem genoeg te hebben, meer van Hem te genieten, Hem meer te aanbidden. Dat doet de Geest en alleen de Geest. Tegelijk – ik zeg het wel vaker: het is een vergissing om te denken dat jij dan niks kan doen. De Geest schakelt je niet uit maar in.
Wat je zelf kunt doen om meer te leren Jezus te volgen: routines inbouwen die horen bij het volgen van Jezus.
DIA 29
Elke dag een stukje Bijbellezen. Digitaal of analoog, via je mail of uit je Bijbel. Maar zoek even de rust om het tot je door te laten dringen. Om het te doordenken: wat zegt God hier over Zichzelf, over de wereld en over mensen? Waar raakt dit gedeelte mijn leven? Wat wil ik in gebed aan God vragen vanuit deze tekst?
DIA 30
Ja, want bidden – elke dag een rustpunt bij God om contact met Hem te hebben – het is o zo vormend! Richt je dan op God en Zijn Geest en bid: ‘Heer, U moet het doen in mij.’
DIA 31
Het kan zo klein lijken, het kan soms nutteloos voelen. Een druppel op een gloeiende plaat. Want de ene keer word je warm van een Bijbeltekst, maar een andere keer laat het je koud. Wat heeft het dan voor zin om zoiets als routine te doen?
Nou, routines vormen je onderbewuste. Gelovige routines vormen zo je verlangen en je handelen. Daarin en -door werkt de Geest! Dus voeg je maar in in je leven, die routines. Bedenk wat jij nodig hebt om Jezus te volgen. Denk dan even terug aan het begin van deze preek.
DIA 32
Niet dat puber-gedoe, maar iets later: 95% van wat we doen, doen we op de automatische piloot, vanuit het onderbewuste. Maar het onderbewuste wordt gevormd door waar je het mee voedt. Reflecteer daar maar eens op.
DIA 33
Zo leer je meer Jezus volgen. Zo vecht je tegen het gevaar van consumentisme. Zo richt je je verlangen op God, in plaats van op de wereld met haar afgoden en demonen.
DIA 34
We genieten van wat we zouden moeten gebruiken, en we gaan gebruiken waarvan we zouden moeten genieten.
Maar je wordt wat je liefhebt. Je wordt één met wat je aanbidt.
Dus: wat of wie hebt u, wat of wie heb je lief?
AMEN